Veel organisaties hebben missies, visies en gedragscodes die volstaan met mooie woorden. Maar het is een illusie om te denken dat werknemers zich spontaan conform die mooie woorden zullen gedragen. Ons handelen wordt bepaald door ervaringen, door indrukken, door gevoelens, door beelden die we hebben. De onderstroom moet je in gesprekken zien te verbinden met de abstracte begrippen uit de missies en visies. Deze woorden van filosoof-schrijver Jos Kessels slaan de spijker op de kop.
De kern van leiderschap is: krijg ik als medewerker binnen een organisatie een verhaal dat geloofwaardig is en dat mij inspireert en trots maakt. Een verhaal dat ik ook met anderen wil delen. Het is opvallend dat er binnen organisaties weinig wordt gewerkt met echte uit de organisatie voortkomende succesverhalen of waardenverhalen. Het handelen van mensen wordt immers bepaald door ervaringen, indrukken, gevoelens, beelden die we hebben. Die ‘taal’ moet je vangen, verwoorden, vertellen, verbeelden en verbinden… De uitdaging voor organisaties is in de eerste plaats om intern een ??magisch gevoel van verbondenheid te creëren. De toekomst van elke organisatie hangt af van het vermogen om een ??overtuigende verbinding te realiseren voor medewerkers.
1. Authenticiteit: Het verhaal moet authentiek zijn en overeenkomen met de waarden, cultuur en acties van de organisatie. Een gebrek aan authenticiteit kan leiden tot scepsis en wantrouwen bij medewerkers en belanghebbenden.
2. Helderheid: Organisaties opereren vaak in complexe omgevingen en hebben veelomvattende missies en doelen. Het is een uitdaging om deze complexiteit te vereenvoudigen en het verhaal begrijpelijk en aansprekend te maken voor een breed publiek.
3. Consistentie: Het is essentieel om consistent te zijn in het delen van het verhaal, zowel intern als extern. Het verhaal moet een rode draad hebben in alle communicatiekanalen en bij alle betrokkenen.
4. Betrokkenheid: Het is belangrijk om de betrokkenheid van medewerkers en belanghebbenden op lange termijn te behouden.
5. Doelgroepen: Het verhaal moet afgestemd zijn op de specifieke doelgroepen. Wat aanspreekt voor medewerkers, kan anders zijn dan wat aanspreekt voor klanten of investeerders.
6. Geloofwaardigheid Mensen kunnen sceptisch zijn ten opzichte van organisatieverhalen, vooral als ze het gevoel hebben dat het slechts marketing is. Het is een uitdaging om geloofwaardig te zijn en blijven.
7. Middelen: Het ontwikkelen en delen van een organisatieverhaal vereist tijd, middelen en inspanning. Dit kan een uitdaging zijn, vooral voor kleinere organisaties met beperkte middelen.
8. Impact: Het meten van de impact van het organisatieverhaal kan moeilijk zijn. Het is vaak lastig om directe correlaties te vinden tussen het verhaal en meetbare resultaten, zoals omzetstijging of medewerkerstevredenheid. Toch kan het veel opleveren om hierin te investeren.
9. Reputatie: Organisatieverhalen moeten zorgvuldig worden beheerd, vooral in tijden van crisis. Het kan een uitdaging zijn om de reputatie te behouden en te herstellen na negatieve gebeurtenissen.
10. Evolutie: Organisaties veranderen en evolueren voortdurend. Het verhaal moet zich aanpassen aan nieuwe doelen, uitdagingen en kansen.